“Soms wordt Stijn ’s nachts ongerust wakker met een erectie. Ik vind niet dat je daar een taboe moet van maken. Ik zeg dan gewoon: ‘Geen probleem, dit is iets wat mannen hebben, dat is om kindjes te kunnen maken.’ Punt gedaan! Stijn stelt zich daar geen vragen bij. Als je aangeeft dat het normaal is, dat het niets is om van wakker te liggen, is hij gerustgesteld.”
– Piet, papa van Stijn (16 jaar)
De seksuele ontwikkeling van mensen met downsyndroom is gelijkaardig aan die van de algemene bevolking. Bij jongens ontwikkelen de testikelgrootte en penisafmetingen zich tot normale waarden gedurende de puberteit.
Bij meisjes vertoont de ontwikkeling van de geslachtskenmerken een normaal patroon. Maandstonden zijn normaal maar de menopauze treedt vrij vroeg in.
Aangezien de seksualiteit zich zo goed als normaal ontwikkelt bij kinderen met downsyndroom, kan je tegenwoordig niet meer zonder seksuele voorlichting en opvoeding. Met thema’s als voorbehoedsmiddelen en relaties krijgt elke ouder of begeleider vroeg of laat te maken.
Omdat de integratie in de samenleving meer en meer plaatsvindt, zouden jongvolwassenen voorbereid moeten worden op een actief seksleven. Het is de taak van ouders, begeleiders en artsen om geduldig en omzichtig aan jonge mensen met downsyndroom te leren welke mogelijkheden het leven hen biedt maar hen ook duiden op de hieraan verbonden gevaren. Regelmatige gynaecologische controles worden aanbevolen zoals voor vrouwen met een normale ontwikkeling. Contraceptie kan eveneens voorzien worden.
Als ouder word je vaak geconfronteerd met rechtstreekse, maar ook onrechtstreekse vragen van je kind. Maar je kan, door oefening, leren om in concrete termen met uw kind over seksualiteit te praten. Belangrijk is dan wel om niet te “technisch” te worden. Stel altijd de gevoelens van uw kind centraal. Vaak heeft uw zoon of dochter het moeilijk om hun gevoelens te verwoorden. Help uw kind hierbij, ook al gaat het om negatieve gevoelens.
Mensen met downsyndroom worden ook verliefd, hebben relaties en kunnen seksueel actief zijn. Relaties zijn voor iedereen belangrijk en daarom verdienen ze de nodige aandacht. Daarom is het nodig om ook met jongeren en volwassenen met downsyndroom te praten over verliefd zijn, seksualiteit, voortplanting, anticonceptie, homoseksualiteit en seksueel overdraagbare aandoeningen.